ISO - Sluitertijd - Diafragma

ISO waarde, Sluitertijd en Diafragma zijn de drie onderdelen van de camera waarmee je een foto kunt beïnvloeden.
Hieronder vindt je een beschrijving van elk onderdeel.

ISO waarde

De ISO waarde geeft de lichtgevoeligheid aan van de pixels op de sensor in je camera.
Hoe hoger de ISO waarde hoe gevoeliger de sensor, maar hoe meer kans er ontstaat op ruis.
Het is daarom ook altijd beter om een zo laag mogelijk ISO waarde in te stellen om ruis te voorkomen.
Net als sluitertijd en diafragma (later op de pagina) wordt de ISO waarde weergegeven in zogenaamde Stops.
De ISO waarden verlopen lineair.
Een verandering van ISO 50 naar ISO 100 geeft aan dat de gevoeligheid tweemaal zo groot wordt, er wordt dus tweemaal zoveel licht opgenomen in de zelfde tijd.
Ofwel er is bij een ISO 50 naar ISO 100 tweemaal zo weinig licht nodig om de sensor met de zelfde hoeveelheid licht te belichten.
In onderstaande tabel zijn de ISO waarde te zien, dit zijn hele Stops.
Meestal kun je ook nog tussen Stops kiezen in je camera bijvoorbeeld ISO 125 en ISO 160 enz.

ISO                  
50 100 200 400 800 1600 3200 6400 12800 25600

 


Sluitertijd

De sluitertijd bepaald hoelang er licht op je camerasensor valt.
Net als bij de ISO waarde verloopt de sluitertijd lineair.
Bij een sluitertijd van 1/60 wordt dan ook twee keer zo veel licht doorgelaten als bij 1/125 en andersom bij 1/60 twee keer zo weinig licht als bij 1/30.
Met de sluitertijd kun je dus ook weer de hoeveelheid licht regelen op de sensor, maar wat je met de sluitertijd ook kunt doen is beweging creëren in de foto, omdat je immers de tijd kunt bepalen hoelang dat licht op je sensor valt.
Door bijvoorbeeld een lange sluitertijd te kiezen en de camera op een statief te zetten in de avond kun je auto’s als lichtstrepen weergeven, of mensen als schimmen.
Een andere mogelijkheid is het fotograferen van een autorace met een lange sluitertijd en dan de camera mee trekken met het onderwerp, hierdoor wordt het onderwerp scherp maar de achtergrond zal vaag worden door het mee bewegen met het onderwerp.
In onderstaande tabel zijn de sluitertijden te zien, dit zijn hele Stops.

Sluitertijd                        
1 1/2 1/4 1/8 1/15 1/30 1/60 1/125 1/250 1/500 1/1000 1/2000 1/4000

 


Diafragma

Het diafragma bepaald hoeveel licht er op de camerasensor valt.
De diafragma waarde geeft de lensopening weer.
In de lens van je camera zitten zogenaamde diafragma lamellen, dit zijn een aantal plaatjes die cirkelvormig bewegen waardoor ze licht doorlaten of juist tegenhouden.
Net als de ISO waarde en sluitertijd regel je met het diafragma licht, maar de belangrijkste mogelijkheid die je met het diafragma hebt is het bepalen van de scherpte in een foto.
Ook de diafragma waarde worden weergegeven in Stops.
Deze is alleen niet lineair zoals bij de ISO waarde en Sluitertijd.
Dit komt omdat de diafragma waarde wordt opgebouwd door het aantal millimeters van de diameter van het lichtdoorlatend oppervlak en de gebruikte brandpuntsafstand.
Bijvoorbeeld :

  • Brandpuntsafstand van 50 mm : diafragma f/2.8 = 17,85mm lichtdoorlatend oppervlak
  • Brandpuntsafstand van 100 mm : diafragma f/2.8 = 35,71mm lichtdoorlatend oppervlak
  • Brandpuntsafstand van 200 mm : diafragma f/2.8 = 71,43mm lichtdoorlatend oppervlak
  • Brandpuntsafstand van 400 mm : diafragma f/2.8 = 142,86mm lichtdoorlatend oppervlak

Bovenstaande voorbeeld geeft dus weer dat een telelens een aardige diameter zal moeten hebben om een lichtsterkte van f/2.8 te kunnen hebben.
Daarom zijn deze lenzen ook altijd groot en zwaar.
Ook bij het diafragma geldt weer dat er per stap (Stop) weer twee keer zo veel licht doorgelaten wordt, dus een diafragma waarde f/2.8 laat twee keer zo veel licht door dan een diafragma waarde f/4

Een aantal kenmerken om rekening mee te houden zijn :

  • Hoe hoger het diafragma getal, hoe kleiner de diafragma opening
  • Hoe kleiner de diafragma opening, hoe minder licht er op je camerasensor valt
  • Elke diafragma stop geeft een halvering in de hoeveelheid licht. Zo geeft f/16 maar de helft van de hoeveelheid licht t.o.v. f/11
  • Hoe groter de diafragma waarde, hoe groter het scherpte gebied in de foto, dus f/11 zal veel een veel groter scherpte gebied hebben dan f/4
F-Stop                        
f/1 f/1.4 f/2 f/2.8 f/4 f/5.6 f/8 f/11 f/16 f/22 f/32 f/45 f/64

Onderstaand zie je een visueel overzicht van de diafragma opening ten opzichte van de diafragma waarde.

Diafragma Overzicht